Ik vat welles vlam
Gewoon omdat ik het niet zo goed kan
Wachten op die ander
Dat die me zal begrijpen
Zal het voor je omleiden
’t Zit me effe dwars
Dat gezeur, dat gepraat
Gewoon even niet
Ik ben wakker geworden met een zeurpiet
Aan mijn nek, aan mijn borst
Hij wil je nu niet horen
Scherf erin, niks eruit
Maar je hoort me wel
Niet mijn mond, dan mijn vuist
die tegen de deur aanslaat
Klik klak
Stille pas
Maak het wel weer goed hoor
’t Kwam gewoon niet uit
Dat moment, na mijn ontbijt
Dat jij trommelde
En ik daar geen zin in had
Daarna een stil orkest
Vermoedens op tafel gelegd
Nu is het wat beter
Bijpraten is soms het hoofdgerecht
Afbeelding gemaakt door ANDRI TEGAR MAHARDIKA van Pixabay